Klokken in Grote-Brogel

Volgens dhr. Leo Custers, historicus, hingen er tot aan de Franse Revolutie drie klokken en een grote bel (“een cleijn scellinken”) in de kerktoren van Grote-Brogel. Op 30 april 1641 rond 9 uur ’s avonds sloeg de bliksem in op de torenspits, die helemaal tot op het metselwerk afbrandde. De ontwikkelde hitte was zo groot dat de drie klokken en het kleine klokje helemaal smolten. Er werd niet getalmd met het gieten van nieuwe klokken. De klokkengieters waren meester Reijnault Millodt en meester Martijn Marischael Lavonneijsen. Op 20 juli 1641 goten zij twee klokken: een grote genoemd Sint-Trudo (gewicht onbekend) en een kleinere genoemd Santa-Maria (volgens een verslag uit 1799 750 kg). Op 8 augustus 1641 of daaromtrent goten zij de kleinste klok: Santa-Anna (volgens een verslag uit 1799 250 kg). Op te merken valt dat “meester Reijnault Millodt” waarschijnlijk verstaan moet worden als “de meesters René Milot en Antoine Regnault” die eveneens in 1641 de Mariaklok goten voor de Sint-Trudokerk van Peer. Hun namen zijn aldaar nog te lezen op de historische klok. Aan Giel Weltens, brouwer, herbergier, smid, timmerman en bode, werd opgedragen de stellingen te timmeren om de klokken op te hangen. De klokken werden naar boven gehesen op 18 september 1641.

In 1799 werden de klokken, zoals elders, ook in Grote-Brogel opgeëist door de Franse bezetter. In een boekje op de pastorij van Grote-Brogel vond Gust Gaethofs de volgende handgeschreven tekst: “Op 24 januari 1799 werden de twee kleinste weggehaald en op 30 januari van dat jaar werd de grote klok ook uitgebroken alhoewel dat tegen de regel was, want volgens de wet van Napoleon moest de klok waar het uur op slaat, in de toren blijven.” De grote klok werd op het kerkhof in stukken geslagen omdat “ze niet wisten hoe ze die anders in Maastricht kregen.” Toen de klokken van Grote-Brogel in Maastricht belandden, mocht, ingevolge een akkoord tussen Napoleon en de katholieke kerk, de grootste klok terug naar Grote-Brogel. Vermits deze klok in stukken was geslagen, kreeg Grote-Brogel een andere klok van 530 kg. Deze klok werd in 1809 in de toren gehangen. In 1811 werd ze, samen met een klok uit de toren van de kerk van Erpekom, gesmolten en werden twee nieuwe klokken gegoten. Deze hangen nu nog in de toren.

 

Sint-Trudoklok

De Sint-Trudoklok is de grootste klok in de toren, weegt 490 kg en heeft de La als toonhoogte. Ze draagt volgende tekst: “+ S. TRUDO ORA PRO NOBIS - CLEMENT DROUOT NOUS A FEST 1811”.

 

Sint-Trudoklok Grote-Brogel _ _ Rand Sint-Trudoklok Grote-Brogel

 

Op de klok staan afgebeeld: (1) Onze-Lieve-Vrouw met kind op de rechterarm; in de hand houdt zij een lelie, (2) calvarie met geknielde, wenende moeder; op het kruis staat INRI, (3) het gietersmerk.

 

Details Sint-Trudoklok Grote-Brogel

 

 

Sint-Hubertusklok

Op de kleinste klok, de Sint-Hubertusklok van 235 kg met toonhoogte Re, staat volgende tekst: ME FUDIT MICHIELS JR TORNACI - ST. HUBERTUS ORA PRO NOBIS 1313 - HERGOTEN DOOR M. MICHIELS JR ANNO DOMINI 1953”.

Op bevel van de Duitse bezetter werd deze klok in 1944 uit de toren gehaald voor transportatie. Ze werd echter gebarsten teruggevonden en onder de toren geplaatst. In 1953 werd ze hergoten door de firma Michiels uit Doornik. In november 1955 werd de klok gewijd door deken Kesters van Peer. Peter was kerkontvanger Peter-Jan Smeets; als meter fungeerde Eliza Ulenaers, echtgenote van burgemeester Winters.

Er staat een afbeelding op van de H. Hubertus met aan zijn rechterzijde een hert met een kruis in het gewei en in zijn linkerhand een boek en een staf.

 

Sint-Hubertusklok Grote-Brogel _ _ _ _ _ Detail Sint-Hubertusklok Grote-Brogel

 

 

Klokje van de Laarderkapel

De bidkapel van het gehucht Laar werd gebouwd in 1908 en is bekroond met een torentje waarin een klokje hangt.

 

Laarderkapel Grote-Brogel

 

 

 

Link naar het torenuurwerk van Grote-Brogel

 

Link naar het orgel van Grote-Brogel